Hart voor Europa

In het advies Hart voor Europa. De rol van de Nederlandse overheid, dat 11 september aan de staatssecretarissen van VWS en Europese zaken is aangeboden, doet de RMO een aantal voorstellen om de betrokkenheid van de Nederlandse burger bij Europa te vergroten. Het Kabinet zou zich daarbij volgens de RMO vooral moeten richten op een goede participatiestrategie.

Participatiestrategie

Deze participatiestrategie bestaat onder meer uit:

  • een gemeenschappelijk Europees onderwijsprogramma waardoor leerlingen in de lidstaten inzicht krijgen in de gemeenschappelijke geschiedenis, de staatsinrichting en de culturele diversiteit binnen Europa.
  • het organiseren van een referendum over de nieuwe Europese grondwet, omdat voor een vruchtbare Europese samenwerking actieve inbreng en steun van Europese burgers noodzakelijk zijn.
  • maak 9 mei een Europa-brede vrije dag. Daarmee wordt aangesloten bij het idee om ontwikkel en gebruik gemeenschappelijke symbolen van eenheid zoals een Europese voetbalcompetitie, songfestival, vlag, volkslied en Europees paspoort met dubbele nationaliteit en een Europa-brede vrije dag ( 9 mei).
  • invulling van het idee ‘Brussel’ dichterbij de burgers te brengen.Dit kan door de politieke keuzen van de Nederlandse Europarlementariërs zichtbaar maken, door een maandelijks gesprek met de voorzitter van de Europese Commissie en door in samenhang met ‘Den Haag vandaag’ het programma “Brussel vandaag’ uit te zenden.
  • het invoeren van een lingua franca. Dit vergroot het gevoel van betrokkenheid en verbondenheid met burgers uit de andere lidstaten.Het Engels komt voor zo’n lingua franca het meest in aanmerking. Vooruitlopend daarop zou in Nederland vanaf het basisonderwijs Engels als tweede taal zo spoedig mogelijk moeten invoeren.

Onverschillig

Dit soort voorstellen zijn nodig, omdat de Nederlandse burgers en de overheid in toenemende mate onverschillig en met de rug naar Europa staan. Die houding behoeft verandering en kan ook worden veranderd door de Europese Unie als realiteit af te schilderen die op allerlei manieren van invloed is op ons leven, door vanuit democratisch oogpunt de noodzaak van een actieve bijdrage van burgers te benadrukken en door aandacht te vragen voor sociale samenhang mede gelet ook op de uitbreiding van de Europese Unie.

Dit advies is het eerste van een tweeluik. In het tweede advies, dat in de eerste helft van 2004 zal verschijnen, zal de RMO de hier gepresenteerde invalshoek verder uitwerken en vooral aandacht besteden aan de mogelijkheden voor een Europees sociaal beleid.