De laatste adem ná de dood

Weblogs

‘Vandaag op Tweede Paasdag heb ik voor het eerst een overleden persoon verzorgd. Ze was niet koud of verkrampt. Eerder in een totale staat van ontspannenheid. Daardoor ontspande ik enigszins. Ik kwam moeilijk uit mijn woorden. ‘Mevrouw, ik ga uw gezicht wassen. Ik heb lauwwarm water gepakt zoals u dat prettig vindt, ik bedoel vond. Ik smeer uw hals in met Alcolado Glacial, zoals u dat altijd doet, ik bedoel deed.’ Ik voelde me ongemakkelijk, ik snapte toch wel dat ze dood was?

De 'kwaak'

Het allerspannendst was het moment van de ‘kwaak’. Mijn collega had me al voorbereid: ‘Als we haar naar voren halen kan ze een geluid maken. Dat is de laatste lucht die uit de longen wordt geperst’. Ik kreeg het bloedheet. Ze maakte inderdaad een zuchtend ‘kwaak’-geluid. Ondanks de voorbereiding schrok ik. Kwam ze tot leven? Ik begon te twijfelen. Probeerde een lach te onderdrukken. Dat zou wel een heel letterlijke vertaling zijn van wat we vandaag op Tweede Paasdag vieren. Ik wendde mijn hoofd af en zag de slipper-afdrukken op haar voeten. Dat ontroerde me. Ik moest denken aan hoe ze vol trots vertelde hoe ze altijd in de weer was in haar tuin.’

Dit is een fragment uit het dagboek dat ik bijhield in 2016. Ik liep toen stage op een hospice. Nu, een paar jaar later, vallen me 2 dingen op.

De dood als iets abstracts

Je kan wel cognitief begrijpen dat iemand is overleden, maar dat volledig tot je door laten dringen, ook in je taalgebruik is echt een tweede. Het is goed te lezen hoe ik worstel met me aanpassen aan de nieuwe situatie; écht te realiseren dat ze overleden is. Haar dode lichaam is zo onwerkelijk voor mij dat er zelfs nog even door mijn hoofd heen schiet dat ze tot leven is gekomen. Ook wissel ik voortdurend tussen de tegenwoordige en de verleden tijd. Dat voelde ongemakkelijk en betrapt, alsof ik van mezelf verwachtte dat ik meteen de nieuwe situatie van haar dood volledig tot me door had laten dringen. Babet te Winkel ontwikkelde daar een woord voor: ‘de tussenin-tijd’; ’De tijd waarin je op en neer beweegt tussen tegenwoordige en verleden tijd als je spreekt over wat je verloren bent.’

De dood is ook plat en praktisch

Hoe goed ik ook was voorbereid, ook die voorbereiding bleef toch altijd abstract. Daadwerkelijk een dood lichaam verzorgen, 'de kwaak' echt horen, maakte indruk op mij. We houden ons vast aan een waardige, plechtige en statige verzorging en tegelijk is het verzorgen van een dood lichaam heel praktisch. Onze onbekendheid daarmee geeft veel ongemak. Je wordt overvallen en stuntelt. Je kunt giechelig worden, zoals Lisanne van Sadelhoff ook omschrijft in de podcast Stervelingen.

Het blijft je bij

Met het inspiratieadvies Stervelingen - beter samenleven met de dood willen we voorbij de dood als abstract fenomeen. De meer lichamelijke, platte en praktische kant van de dood is steeds meer uit ons gezichtsveld verdwenen. Ook missen we woorden om onze ervaringen daarmee adequaat uit te drukken. Heeft u daar nog suggesties voor? Stuur ze in naar mail@raadrvs.nl

Annik Hellings

Annik Hellings is voormalig stagiair bij de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving, verpleegkundige in de revalidatiezorg en student aan de Master Zorgethiek en Beleid aan de Universiteit voor Humanistiek en de Master Health Humanities aan Tilburg University. Zij schreef dit blog als bijdrage aan het adviestraject ‘Stervelingen – beter samenleven met de dood’. In het inspiratieadvies onderzoekt de Raad hoe we elkaar als samenleving beter kunnen ondersteunen bij sterven en rouwen. Het is niet altijd makkelijk om je tot de dood te verhouden in een samenleving die op leven en maakbaarheid is gericht. Dat speelt zeker ook in de zorg. Afgelopen december publiceerde de Raad het inspiratieadvies ‘Stervelingen – beter samenleven met de dood’ . Luister ook naar de podcast ‘Stervelingen’ die de Raad eerder uitbracht.

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

  • Hallo Annik,

    Eind vorig jaar is mijn moeder overleden en samen met mijn zussen hebben we haar de dag na haar overlijden mogen verzorgen. Wat ons meteen opviel, was haar ontspannen gezicht. Al haar rimpels waren weg, terwijl ze altijd heel zorgelijk keek en geen gemakkelijk leven heeft gehad. Wij dachten dat we door de lijkstijfheid haar niet aan zouden kunnen kleden. Maar de uitvaartverzorger zei dat hij 'gymoefeningen' met haar had gedaan, zodat ze soepel zou blijven. Ondanks de ernst was er ook plaats voor humor en ontspanning. We kijken er met een tevreden gevoel op terug.

    Groetjes, Resi Verhagen (moeder Marjolein)

    Van: Resi Verhagen-Burgers | 29-03-2022, 13:19