In het kader van het tienjarig jubileum van de RVS beschouwen alle tien raadsleden een advies dat hen raakt. Raadslid Ageeth Ouwehand - lid van de Raad van Bestuur van 's Heeren Loo - gaat nader in op het advies De B van Bekwaam over de Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (wet BIG). Dit advies verscheen in 2019.
In 2018 vroeg minister Bruno Bruins van Medische Zorg en Sport aan de RVS om een advies over de toekomstbestendigheid van de wet BIG. Deze wet regelt de kwaliteit van de zorg en beschermt patiënten tegen ondeskundig of onzorgvuldig handelen van zorgverleners. De Raad adviseerde om de wet BIG om te vormen naar een ‘Wet op de Bekwaamheden in de gezondheidszorg’. In dit model worden alleen de basisberoepen wettelijk gereguleerd en borgt een persoonlijk portfolio de verworven bekwaamheden van zowel geregistreerde als niet-geregistreerde beroepsbeoefenaren.
Super actueel
Soms publiceren we een advies dat op het moment van uitkomen niet meteen goed wordt ontvangen, maar een paar jaar later nog steeds wordt genoemd. Dat is hier ook het geval. De Covid-crisis in 2020 is daar mede debet aan . Door alles wat daar gebeurde en door de enorme druk op de zorg kijken we nu met andere ogen naar de regelgeving. De urgentie om bekwaamheden meer centraal te stellen, wordt nu echt gevoeld en dit advies staat vol met handreikingen hoe dat te organiseren.
In 1997 werd de wet BIG ingevoerd. Ik vond toen al dat de wet veel te krappe kaders schiep. Het was bijzonder om te zien dat iedere beroepsgroep onder de wet wilde vallen. In discussies toen, bijvoorbeeld met collega-verpleegkundigen, riep ik: ‘Be careful what you wish for!’ Het geeft natuurlijk status en erkenning zo’n BIG-registratie. En misschien hoopten sommige zorgprofessionals ook wel dat een BIG registratie zou helpen bij Cao-onderhandelingen. Maar er zitten ook nadelen aan. De zorgvraag is in Nederland steeds specialistischer en complexer geworden. Dat vraagt om snelle aanpassing van bekwaamheden bij zorgverleners. Dat is lastig binnen de structuur van de huidige wet. Bovendien valt een BIG-geregistreerde professional onder het tuchtrecht. Ik merk in de praktijk dat veel professionals daar -al dan niet terecht- angst voor hebben, wat beperkend kan werken om de goede dingen te doen.
Schijnveiligheid
Ook de schijnveiligheid die zo’n wet creëert is een issue. We bouwen een enorm systeem om de twee à drie procent van de professionals die de boel belazeren te stoppen. Maar werkt dat wel? Dit soort problemen zul je altijd houden. Bij ’s Heeren Loo, waar ik werk, hebben we vorig jaar 26 keer aangifte moeten doen van diplomafraude: mensen die hun diploma niet konden laten zien, die een vals diploma hadden gekocht of verschillende mensen die onder één naam en één diploma werkten. Mensen krijgen apps van criminele organisaties waarin een nauwelijks te onderscheiden van een echt MBO-diploma voor € 300 te koop is… Het verschaffen van valse diploma’s is een lucratief verdienmodel.Tegen dit soort gevaarlijke zaken helpt de wet helemaal niets. De focus moet dus verschuiven van de papieren werkelijkheid naar wat er in het echt op de werkvloer gebeurt.
Doel voorbijgeschoten
De wet BIG is z’n doel voorbijgeschoten. Hij werkt enorm beperkend op de individuele ontwikkeling van zorgprofessionals. Het telkens opnieuw registreren zorgt voor veel gedoe. Als Raad zeggen we: ga uit van een eenmalige bevoegdhedentoets en hou daarnaast als professional zelf een bekwaamhedenportfolio bij. In zo’n portfolio kun je dan verworven bekwaamheden noteren, waarmee het steeds up to date is en je de noodzaak van steeds opnieuw registreren voorkomt. Dat komt veel meer tegemoet aan wat de praktijk vraagt en beperkt de administratieve lasten.
Effectief borgen van veiligheid
Het effectief en efficiënt borgen van veiligheid is een onderwerp waar we als Raad steeds weer op terugkomen. In ons advies Blijk van vertrouwen - Anders verantwoorden voor goede zorg uit 2019 stellen we dat verantwoorden in de zorg fundamenteel anders moet. Het initiatief moet liggen bij zorgverleners die verantwoording afleggen en niet bij de partijen die verantwoording vragen. Daarmee komt verantwoorden in het teken te staan van het verbeteren van zorg en ondersteuning. Alleen zo zal het vertrouwen tussen betrokken partijen toenemen en krijgt de patiënt zorg die meer is toegesneden op de persoonlijke situatie.
In ons advies Anders leven en zorgen uit 2022 pleiten we voor een gelijkwaardig samenspel tussen naasten, vrijwilligers en beroepskrachten. Zorgorganisaties hebben zich anders te organiseren. Het vraagt andere samenwerkingsvormen en taakherschikking. De samenwerking met naasten verdient veel aandacht van zorgverleners, juist ook omdat veel mantelzorgers al overbelast zijn. Dat kunnen we niet zomaar als vanzelfsprekend van betrokken partijen verwachten. Daar zijn randvoorwaarden voor nodig. Zoals bijvoorbeeld een financiële vergoeding voor mantelzorgen. Het vereist ook anders kijken naar kwaliteit en veiligheid, gebaseerd op vertrouwen. Dus het loslaten van al te strakke kaders en richtlijnen die dit in de weg staan. Meer hierover is te lezen in ons advies Is dit wel verantwoord?.
Vakbekwaamheid
Bij ’s Heeren Loo gaan we ook steeds meer uit van vakbekwaamheid en talentontwikkeling. Niet iedereen hoeft als aankomende begeleider persé een zorgopleiding gedaan te hebben bij de start, we bieden een opleidingstraject op maat aan als je eenmaal aan het werk bent. De krapte op de arbeidsmarkt maakt ons ook creatiever in het nadenken over welke competenties medewerkers in de praktijk nodig hebben. Welke handelingen vragen nou echt professionele deskundigheid en welke niet? Het wordt allemaal vloeiender. Scheidslijnen worden minder hard, en dat is goed.
Blijmakers
Een mooi voorbeeld van grensdoorbrekend denken in de zorg is de wervingscampagne “Blijmakers gezocht”, waarmee zorgorganisatie Amstelring veel nieuwe medewerkers wist te werven voor De Nieuwe Sint Jacob, een verzorgingshuis voor mensen met dementie. Ze hadden enorme moeite om de vacatures te vullen. Dus gingen ze ook mensen zonder zorgachtergrond werven die na een training van zestien weken als ‘persoonlijk ondersteuners’ aan de gang konden. Er kwam een grote respons op de werving en de eerste resultaten van de nieuwe personeelsopbouw zijn positief. In een onderzoek beoordeelden de medewerkers hun werk met een acht! Natuurlijk zijn er nog wel uitdagingen op het vlak van visie, structuur en werkwijze. Het wordt er niet perse makkelijker op om de zorg en ondersteuning te organiseren. Maar het laat zien dat buiten de kaders denken en werven loont.
Over tien jaar
Ik denk dat over tien jaar - als de RVS 20 jaar bestaat- de wet BIG er natuurlijk nog wel is. Maar ik hoop dat die zich dan richt op een éénmalige registratie van bevoegdheden en het bijhouden van een bekwaamhedenportfolio. Dat zorgorganisaties en beroepsorganisaties veel meer met elkaar samenwerken. En dat ze dan samen met de overheid niet alleen kijken naar wat nodig en wenselijk is, maar vooral naar wat haalbaar is in de praktijk. Dat is bij het uitrollen van de wet BIG te weinig gebeurd en daar moeten we van leren.